Beleggers op Wall Street maakten zich dinsdag zorgen over de kracht van de economie na tegenvallende kwartaalcijfers van onder meer Caterpillar en Microsoft. Een onverwachte daling van het aantal orders voor duurzame goederen speelde daarin ook een rol. Technologie-aandelen binnen de S&P 500 daalden het sterkst sinds oktober.
Ruim een half uur voor het slot stond de Dow-Jonesindex 1,5 procent lager op 17.416 punten en daalde de S&P 500 1,1 procent tot 2033 punten. De Nasdaq verloor 1,6 procent tot 4697 punten.
De resultaten van softwaregigant Microsoft, die maandagavond na het slot op Wall Street naar buiten werden gebracht, waren nagenoeg in lijn met de gemiddelde verwachting van analisten. Beleggers waren echter teleurgesteld door een afkalvende vraag naar Windows-software uit het bedrijfsleven en de omvang van negatieve wisselkoerseffecten. Microsoft verloor 8,9 procent.
Caterpillar
Machinebouwer Caterpillar (min 7,1 procent) wist de eigen prognoses niet waar te maken. Dat kwam onder meer door de lagere olieprijs; veel bedrijven in de olie- en gassector stellen investeringen uit. Daar heeft het concern als leverancier van zware machines voor de industrie, land- en mijnbouw veel last van. Ook viel de prognose voor de resultaten dit jaar tegen.
Producent van consumentengoederen Proctor & Gamble (min 3,7 procent) had last van een sterke dollar en zag de winst en omzet in het tweede kwartaal van zijn boekjaar zakken. Chemieconcern DuPont (min 1 procent) had eveneens last van negatieve wisselkoerseffecten en een zwakke vraag.
Negatieve wisselkoerseffecten
,,De kwartaalresultaten staan in toenemende mate onder druk door negatieve wisselkoerseffecten en de aanhoudende afkoeling van de wereldeconomie'', zei een handelaar. ,,Daar kwam nog een tegenvallend aantal orders voor duurzame goederen bovenop''. De orders voor duurzame goederen daalden in december met 3,4 procent, waar economen in doorsnee rekenden op een toename van 0,3 procent.
Na het slot op Wall Street presenteren Apple, AT&T en Yahoo! hun kwartaalcijfers.
De euro werd verhandeld voor 1,1372 dollar, tegen 1,1,1369 dollar bij het slot van de Europese beurzen. De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg met 1,7 procent tot 45,91 dollar. Brentolie werd 2,2 procent duurder op 49,20 dollar per vat.