Textielsuper Zeeman gaat komende jaren waarschijnlijk tientallen winkels sluiten in Nederland. Toch gaat het nog goed met de zaken, vertelt topman Erik-Jan Mares in gesprek met het ANP. Hij wijst erop dat de omzet in Nederland ondanks de lastige kledingmarkt blijft groeien. De kunst is volgens hem om tijdig slechtlopende winkels te sluiten en alert te blijven op mogelijkheden om ergens toch nog een filiaal te openen. De budgetkledingwinkel heeft nu nog ruim 500 Nederlandse filialen. Mares verwacht dat het winkelbestand hier over vijf jaar is geslonken tot 430 tot 440 stuks. Afgelopen jaren zijn er ook al diverse winkels dichtgegaan. "Maar we openen ook nog steeds winkels, binnenkort bijvoorbeeld in Apeldoorn", benadrukt de topman. "En we zien sluitingen vaak al een jaar van tevoren aankomen en kunnen het personeel daardoor meestal herplaatsen in andere vestigingen." De meeste groei komt tegenwoordig van over de grens. Het in 1967 opgerichte familiebedrijf is gevestigd in zeven landen en heeft meer dan 1300 vestigingen. De omzet groeide vorig jaar mede door de onlineverkopen met 4 procent naar 609 miljoen euro en de winst steeg tot ruim 13 miljoen euro, van dik 12 miljoen euro in 2017. Er werken in totaal bijna 8000 mensen, waarvan zo'n 3000 in Nederland. Nieuwe markten "Vooral in Spanje slaat Zeeman goed aan." Daar heeft de Nederlandse keten nu bijna 50 winkels. Mares verwacht dat dit er 200 tot 250 kunnen worden. Zeeman kijkt ook naar nieuwe markten. Er lopen haalbaarheidsonderzoeken naar diverse landen in Zuid-Europa, waaronder Griekenland. Ondertussen zet Mares met Zeeman stappen voor het verbeteren van de arbeidsomstandigheden in de kledingproductie. Zeeman tekende vrijdag een samenwerking met de Fair Wear Foundation. Die gaat de keten helpen bij het controleren van kledingfabrieken in bijvoorbeeld India, China en Bangladesh. Over ruim een jaar krijgt Zeeman de eerste beoordeling van Fair Wear. Volgens Mares heeft ook een discounter als Zeeman de morele plicht om te zorgen dat iedereen die betrokken is bij het bedrijf, goed behandeld wordt. "Het is een misvatting dat duurzaam en verantwoord ondernemen per se duur moet zijn", aldus de winkeldirecteur.