In Groningen, Friesland en Drenthe zijn veel minder coronabesmettingen. Er wordt daarom gekeken naar de mogelijkheid om de lockdown in het noorden eerder te versoepelen dan in de rest van het land.
Van alle coronabesmettingen bevindt minder dan 4 procent zich in de drie noordelijke provincies. Er is daar dus voldoende test- en ziekenhuiscapaciteit. Hoogleraar infectieziektemodellering aan de Erasmus Universiteit, Sake de Vlas,
noemt het in het AD dan ook een ‘heel logische optie’ om in het noorden te beginnen met de versoepeling: ''Je wil de infectieniveaus met testen en traceren zo laag mogelijk laten blijven terwijl je de lockdown voorzichtig afschaalt”, meldt De Vlas. ''Dan lijkt het mij zeker zinvol in de gebieden te beginnen waar het virus zich (toevallig?) al op relatief lage niveaus bevindt.”
De Vlas zit in een 'meedenkgroep' van het RIVM, waar ook Peter Boncz, bijzonder hoogleraar datamanagement (Vrije Universiteit Amsterdam) lid van is. Ook Boncz zegt: "Je kunt eerst de noordelijke provincies afschalen, mits je genoeg kunt testen en traceren met bijvoorbeeld een privacyvriendelijke app.”
Dat het noorden veel minder besmettingen heeft dan de rest van het land is opmerkelijk, maar wel verklaarbaar. Peter van der Voort, hoofd van de intensive care-afdeling van het UMCG,
zei eerder al in Dagblad van het Noorden dat de voorjaarsvakantie waarschijnlijk een rol heeft gespeeld. Die vond in het noorden een week eerder plaats dan in de rest van het land, waardoor er minder mensen besmet van vakantie terugkwamen. Tweede belangrijke factor is dat er veel minder carnaval is gevierd.