Seks en alles waar daarbij komt kijken is bijna een verplicht gespreksonderwerp, lijkt het wel. Maar er blijven taboes. Vaginisme is er daar een van. Wat is vaginisme?
“We kunnen spreken van vaginisme als er een abnormale angst is voor seksuele activiteit,” vertelt dokter Fatima Ahankour van het Ziekenhuis Netwerk Antwerpen in Vice. “Die angst uit zich in het onvrijwillig opspannen van de spieren in de bekkenbodem en vagina waardoor penetratie of andere seksuele handelingen pijnlijk, moeilijk of zelfs onmogelijk worden”. De voornaamste oorzaken voor het ontwikkelen van vaginisme zijn een nare seksuele ervaring of een abnormale seksuele benadering, zoals aanranding, verkrachting, een pijnlijke eerste keer, een moeilijke zwangerschap of een pijnlijke bevalling.
Bij deze aandoening spannen de spieren rond de vagina zich onvrijwillig aan wanneer penetratie wordt geprobeerd, wat kan leiden tot pijn, ongemak of zelfs onmogelijkheid van penetratie. Het kan zowel primair (altijd aanwezig) als secundair (later ontstaan) zijn en heeft vaak zowel fysieke als psychologische componenten. Naar schatting heeft ongeveer 6% van de Nederlandse vrouwen wel eens een vaginistische reactie, terwijl 3% er regelmatig of vaak last van heeft. Deze onvrijwillige spiersamentrekking kan niet alleen geslachtsgemeenschap bemoeilijken, maar ook het inbrengen van tampons of gynaecologische onderzoeken.
Diverse factoren kunnen bijdragen aan het ontstaan van vaginisme, waarbij zowel psychologische als fysieke aspecten een rol spelen. Angst voor pijn of penetratie, seksueel trauma, negatieve seksuele ervaringen en relatieproblemen behoren tot de meest voorkomende psychologische oorzaken. Fysieke oorzaken kunnen onder meer infecties, verwondingen na een bevalling, of bestraling van het bekkengebied omvatten.In sommige gevallen kan een strenge religieuze of culturele opvoeding, waarin seks als taboe wordt beschouwd, ook bijdragen aan de ontwikkeling van vaginisme.
Verschillende behandelingsmethoden zijn beschikbaar voor vaginisme, vaak in combinatie toegepast voor het beste resultaat. Seksuologische therapie helpt bij het identificeren en aanpakken van psychologische oorzaken, terwijl bekkenbodemfysiotherapie zich richt op het ontspannen en versterken van de bekkenbodemspieren. Gedragstherapie kan angst en negatieve gedachten rondom seks verminderen. Het gebruik van dilatators wordt vaak aanbevolen om geleidelijk de vaginale spieren te laten wennen aan penetratie.Belangrijk is dat de behandeling op maat wordt gemaakt, rekening houdend met de specifieke situatie en behoeften van de vrouw. Samenwerking tussen verschillende specialisten, zoals een seksuoloog, gynaecoloog en fysiotherapeut, kan bijdragen aan een effectieve aanpak.3 SOURCES
Open communicatie is essentieel bij het bespreken van vaginisme met je partner. Kies een rustig moment en leg duidelijk uit wat vaginisme inhoudt, benadruk dat het een onvrijwillige reactie is en niet samenhangt met je gevoelens voor je partner. Deel informatie over de aandoening en mogelijke behandelingen om begrip te kweken. Vraag om geduld en ondersteuning, en overweeg samen professionele hulp te zoeken, bijvoorbeeld bij een seksuoloog.