D66 opperde vanochtend om het aantal varkens en kippen in Nederland te halveren. Zo zou de uitstoot van stikstof kunnen worden teruggedrongen. Maar hoeveel scheelt dat nu echt? Niet zoveel.
De Nederlandse veestapel bestaat uit 1,7 miljoen runderen, 12,5 miljoen varkens en 100 miljoen kippen. Stel je halveert het aantal varkens en kippen dan zijn er dus tientallen miljoenen dieren minder.
Als we het hebben over de uitstoot van stikstof dan gaat het enerzijds om ammoniak dat inderdaad van dieren afkomstig is en anderzijds om stikstofoxide (NOx) dat auto's en fabrieken uitstoten.
In 2017 is er in Nederland 378 miljoen ton stikstof uitgestoten. De landbouw is verantwoordelijk voor 155 miljoen ton, maar varkens en kippen stoten daarvan respectievelijk slechts 17 en 9 procent uit. Het overgrote deel komt voor rekening van de koe.
Ander belangrijk punt: het gaat erom waar de stikstof neerdaalt. In natuurgebieden kan de uitstoot grote schade verrichten aan de biodiversiteit. Maar liefst 35 procent van de neergedaalde stikstof komt uit het buitenland, 40 procent is afkomstig van de landbouw en van alle schadelijke stikstof nemen kippen en varkens slechts 10 procent voor hun rekening. Een halvering zou dus betekenen dat er 5 procent minder stikstof op de grond belandt. Niet een enorme verbetering dus.