Het hele groei-jaar heeft het de Franse wijnboeren tegengezeten. Dat begon al in april, toen een paar ongebruikelijke vorstnachten de net uitgebotte ranken bedreigden.
Toen sprak minister Denormandie (Landbouw) al van ’mogelijk de grootste catastrofe voor de landbouw in het begin van de 21e eeuw’. De zomer was op veel plaatsen te heet en het najaar weer erg nat. Uiteindelijk schat de Franse overheid de wijn-opbrengst op 33,3 miljoen hectoliter, schrijft De
Telegraaf – genoeg om ruim 4,4 miljard flessen mee te vullen.
Dat is een daling van 29% ten opzichte van de oogst van 2020, en ligt 25% onder het gemiddelde van de afgelopen vijf jaar.
De lentevorst heeft het hardst toegeslagen bij druiven die vroeg moeten rijpen, zoals de chardonnay en de merlot. Van de grote wijnregio’s zijn de Bourgogne en de Beaujolais het zwaarst getroffen: de oogst is daar bijna gehalveerd.