'Ik ga vanmiddag naar Auschwitz. Kusjes, jouw Heini' De teruggevonden privé-brieven van SS-chef Heimrich Himmler geven voor het eerst een kijkje in de relatie tussen het privé-leven en het werk van een van de ergste oorlogsmisdadigers aller tijde. Die Welt heeft de collectie brieven en documenten na 60 jaar teruggevonden in Tel Aviv en zal de komende weken in 8 afleveringen verslag doen van wat daar in staat. Service van Die Welt: de artikelen worden ook in het Engels gepubliceerd. Het eerste deel verhaalt van een bijna gewone man, die in zijn contacten met
vrouw en dochter amper iets laat merken van zijn macabere werk. Het is in de brieven die hij zijn vrouw schrijft in de jaren twintig al duidelijk dat Himmler een diepgewortelde jodenhaat koestert. Maar daarin doet zijn vrouw niet voor hem onder. De briefwisseling met zijn vrouw gaat tot vlak voor zijn zelfmoord door, ook al heeft Himmler vanaf 1938 een relatie met zijn secretaresse, bij wie hij 2 kinderen heeft. Zo legt hij zijn affaire ook uit aan zijn vrouw: als Arier moet hij zorgen voor zoveel mogelijk nageslacht. En verder gaan de brieven vooral over huiselijke affaires. Over een lading tulpen uit Holland die hij haar sturen zal. En over dat hij soms zo hard moet werken dat de brieven er bij inschieten. Maar een bespiegeling over de massamoord die hij in die jaren organiseert: geen woord