BBB-Kamerlid Mona Keijzer zegt dat haar uitspraak dat Jodenhaat "bijna onderdeel is van de islamitische cultuur", op "feiten en cijfers" is gebaseerd. Een groep
moslims heeft aangifte tegen haar gedaan. In een verklaring zegt de partij het oordeel daarover van het Openbaar Ministerie "in vertrouwen" af te wachten.
BBB noemt een recent onderzoek van het Arab Center for Research and Policy Studies. Daaruit blijkt volgens de partij dat twee derde van de mensen in islamitische landen de moordpartij die Hamas op 7 oktober vorig jaar uitvoerde in Israël een "legitieme verzetsoperatie" vond. Ook wordt een socioloog aangehaald die onlangs in een hoorzitting in de Tweede Kamer zei dat "antisemitische opvattingen bijzonder sterk zijn verbreid onder moslims".
"BBB maakt zich zorgen over Jodenhaat en het aantal antisemitische incidenten in ons land dat de laatste maanden enorm gestegen is", zegt Keijzer. Daarnaast hamert zij op het belang van vrijheid van meningsuiting, die zij "een van de pijlers onder onze democratische rechtsstaat" noemt. "Die moet, net als de Joden in Nederland, worden beschermd."
Het is interessant of Keizer, zoals was verwacht, minister gaat worden in het nieuw te vormen kabinet.