Volgens
Foreign Policy is de nieuwe leider van de verenigde Syrische oppositie, sjeik Achmed Moaz al-Khatib, helemaal niet de 'gematigde' figuur waarvoor hij sinds zijn verkiezing op 11 november in Doha (Qatar) doorgaat. Op de website van de voormalige imam van de historische Ummayad-moskee in Damascus staan diverse voorbeelden van anti-semitische retoriek. In één van zijn eigen artikelen schrijft al-Khatib dat een positief aspect van de afgezette Iraakse dictator Saddam Hoessein was dat hij “de joden schrik aanjoeg.” In een ander artikel, van de hand van Abdul Salam Basiouni, worden joden omschreven als "goud-aanbidders.” En in een necrologie over een sjeik uit Gaza heten joden “de vijanden van God.” Hoewel al-Khatib in zijn toespraak na zijn verkiezing opriep tot gelijke rechten “voor alle delen van het harmonieuze Syrische volk,” waren zijn vroegere uitspraken over de Syrische minderheden heel wat minder hartelijk. In een van zijn artikelen noemt hij de shiieten
rafawid (afvalligen) en bekritiseert hij hun vermogen om “leugens te verspreiden en daar achter aan te lopen.” Dergelijke uitlatingen zullen weinig geruststellend zijn voor de Syrische Alawieten, een shiitische sekte waartoe ook president Assad behoort. Zo nu en dan zijn de ideeën van de sjeik zelfs ronduit bizar. In een artikel getiteld “Is Facebook een website van de Israëlisch-Amerikaanse geheime dienst?” beweert hij dat gebruikers van het sociale netwerk zonder het zelf te weten Israëlisch-Amerikaanse spionnen worden door het delen van informatie.