De dag na het debat over de bruiloft van minister Grapperhaus hebben nogal wat kamerleden en anderen een onprettig gevoel bij de koehandel die de minister redde: hij ging akkoord met minder harde straffen voor overtreders van de coronamaatregelen en in ruil mocht hij minister blijven.
Grapperhaus had voor zijn huwelijk (en de nasleep daarvan) steeds gehamerd op de noodzaak van straffen voor corona-overtreders. Zonder sancties zou handhaven lastig worden.
Maar tijdens het debat over zijn eigen positie werd duidelijk dat hij ook wel bereid was minder streng te zijn. Als hij minister mocht blijven.
Aldus geschiedde.
„Ik heb er een nogal nare nasmaak van”, zegt ‘eenmansfractie’ Femke Merel van Kooten de dag na het debat tegen NRC. Voor Van Kooten, die de minister liever had zien verdwijnen, voelde het als „een stilzwijgende ruil” tussen oppositie en coalitie. „Het was zeker ongemakkelijk”, zegt Michiel van Nispen (SP). „Maar ik kan er niet veel aan doen dat we de minister niet eerder in beweging hebben gekregen. En als zich dan vervolgens de kans voordoet om dat wel voor elkaar te krijgen, kan ik die niet laten lopen.”
PvdA-leider Lodewijk Asscher sprak woensdag aan het einde van het debat, ruim na middernacht, van een „koehandel” of in ieder geval „de suggestie” dat „verandering van het beleid in ruil voor steun” mogelijk was. „Dat maakt het beeld wat ons betreft niet fraaier.”