Het fruit ziet er allemaal prachtig uit in de supermarkt, maar de rijpheid van een galia- of watermeloen is lastig met het oog in te schatten. Er zijn een paar trucs om de lekkerste meloen mee te nemen, zonder in al het moois te gaan knijpen.
Bij de meeste meloensoorten is het makkelijk om een rijp exemplaar in je mandje te stoppen. Je hebt alleen een werkende neus nodig. Bij de cantaloupe, galia- of suikermeloen ruik je een zoete, 'meloenachtige' geur op de schil als ze rijp zijn. Zonder deze geur moet hij nog minstens een paar dagen langer rijpen.
Een watermeloen geeft geen rijpe geur af, de schil is te dik. Maar er is wel een andere manier om de lekkerste watermeloen te spotten. Zoek naar een gele vlek aan de onderkant. Deze krijgt de watermeloen na een tijdje rijpen in de zon. Als de vlek wit is of helemaal niet aanwezig, is hij te vroeg geoogst en daardoor niet lekker sappig en zoet.
Ben je niet bang voor een paar verbaasde blikken in de supermarkt, pak dan de watermeloenen een voor een op en ga erop kloppen als de volleerde fruitconnaisseur die je bent. Klinkt de meloen duidelijk hol en weegt hij flink, dan hebben we te maken met een rijp stuk fruit. Komt er een dof geluid uit of is hij lichter dan verwacht, dan is hij waarschijnlijk aan het uitdrogen.