Onder Parijs ligt een gigantisch tunnelnetwerk. Maar wie 'les catacombes' bezoekt krijgt slechts een heel klein gedeelte te zien. Een Belgische avonturier besloot de rest te verkennen. Er ligt zeker 300 kilometer aan tunnels onder de Franse hoofdstad. Ze dienden oorspronkelijk als kalksteengroeven, maar omdat de kerkhoven vol waren werden ze vanaf de achttiende eeuw gebruikt als begraafplaats. Er liggen meer dan zes miljoen lijken. Op eigen houtje gaan ronddwalen is levensgevaarlijk: wie de weg kwijt raakt, komt er nooit meer uit. Ook staan veel tunnels op instorten. Mister C, een Vlaming die de wereld over trekt, durfde het toch aan. Hij kroop door de kleinste ruimtes en met water gevulde tunnels en vond uiteindelijk een oude dumpplaats voor lijken. “In deze ruimte alleen liggen nog duizenden mensen, zonder naam, die in hun tijd niet eens recht hadden op waardig sterven. Dit zijn de mensen die volledig vergeten zijn. Ontoegankelijk voor de overheid, gewist uit het bestaan van de maatschappij”, schrijft hij op ." Mister C kroop acht uur lang door de tunnels en legde in totaal elf kilometer af. Via een putdeksel klom hij naar boven en stond ineens midden op straat. “Maar de Parijzenaars reageren niet meer verbaasd wanneer een avonturier uit een put komt gekropen. Dit is voor hen routine geworden.”