Ook de Britse fabrieken die het coronavaccin van AstraZeneca maken moeten zo nodig aan de Europese Unie leveren, zegt de Europese Commissie. Zo kan de vaccinfabrikant de vertraging bij fabrieken op het Europese vasteland goedmaken. Als AstraZeneca dat niet wilde, had het bedrijf in het contract maar moeten opnemen dat de Britse fabrieken eerst druk zijn met de bestelling van het Verenigd Koninkrijk.
Een Belgisch bedrijf dat het vaccin voor AstraZeneca maakt, kampt met problemen. Daarom wil de Brits-Zweedse farmaceut de eerste drie maanden van dit jaar volgens EU-bronnen maar een kwart van de afgesproken doses leveren. Daar is de commissie, die zwaar heeft ingezet op dit vaccin, woedend over.
De productie van het vaccin in het Verenigd Koninkrijk verloopt wel goed. Maar die is voor het VK bedoeld, zegt AstraZeneca, dat erop wijst dat de Britse regering drie maanden voor de EU al tekende. Het contract dat de commissie met het bedrijf heeft getekend maakt volgens Brussel echter geen onderscheid tussen de twee fabrieken op Britse en de twee op EU-bodem. "De Britse fabrieken zijn onderdeel van het contract en daarom moeten ze leveren", zegt Eurocommissaris Stella Kyriakides (Volksgezondheid).