Voor het eerst sinds de uitbraak van het coronavirus overleden vorige week beduidend minder mensen dan gebruikelijk is voor de tijd van het jaar. Dat meldt het statistiekbureau CBS. Tot voor kort overleden juist opvallend veel mensen vanwege de virusuitbraak. Het komt vaker voor dat na zo'n sterftegolf juist een dal volgt. Maar of daar nu sprake van is, durven onderzoekers nog niet te zeggen. Vorige week overleden naar schatting 2550 mensen. Dat zijn er 300 minder dan een week eerder. Het is normaal dat het aantal sterfgevallen de ene week iets hoger is en de andere iets lager. Maar deze week was het sterftecijfer zo laag, dat er volgens de statistici geen sprake was van zo'n gebruikelijke schommeling. Zij noemen dat 'ondersterfte'. Er overleden 200 mensen minder dan te verwachten viel op basis van sterftecijfers in voorgaande jaren en demografische trends. Vooral onder mensen van 80 jaar of ouder is het sterftecijfer opvallend laag. Socioloog Tanja Traag van het CBS weet dat het vaker gebeurt dat er weinig mensen overlijden na een periode van hoge sterfte. Dat komt omdat mensen bijvoorbeeld tijdens een griep- of hittegolf enkele weken of maanden vroeger overlijden dan anders was gebeurd onder normale omstandigheden. "Dat gaat voor griep veel meer op dan voor corona", vermoedt Traag. Want nadat vorig jaar veel mensen aan het virus overleden, volgde geen dal. Maar het zou volgens de socioloog kunnen dat dit toch het begin is van een periode met een opvallend laag sterftecijfer. Het kan ook iets eenmaligs zijn. Dat zal dan de komende weken moeten blijken.