De Maleisische regering mag niet-moslims verbieden het woord 'Allah' te gebruiken. Dat heeft een hof van beroep in het land maandag bepaald. Daarmee is een uitspraak van een lagere rechtbank, die zich vier jaar geleden tegen het verbod uitsprak, van de baan. Aanleiding voor de kwestie is het weekblad van de katholieke kerk in Maleisië, dat het woord Allah gebruikt om te verwijzen naar god. Klachten dat het verbod inbreuk maakt op de vrijheden van religieuze minderheden werden door het hof van de hand gewezen. Niet alleen moslims in Maleisië gebruiken Allah om aan hun god te refereren. Ook christenen, boeddhisten en hindoes die de Malay-taal spreken noemen hun god Allah. Allah betekent in die taal gewoon god. Volgens de beroepsrechters kan dit echter tot verwarring leiden onder moslims en kunnen mensen die andere religies aanhangen door het woord Allah te gebruiken moslims proberen te bekeren. De voorzitter van het beroepshof zei in de uitspraak dat het gebruik van het woord 'Allah' niet fundamenteel deel uitmaakt van het christelijk geloof. 'Het is ons oordeel dat er geen grondwettelijke rechten worden geschonden' door het verbod, aldus rechter Mohamed Apanda Ali. 'We kunnen geen reden vinden waarom ze (de katholieke krant) per se het woord Allah in hun weekblad willen gebruiken. Het is onvermijdelijk dat dat tot verwarring in de gemeenschap zal leiden.'