Alle signalen wijzen erop dat de Duitse christendemocraten en de sociaaldemocraten snel tot zaken komen en in een maand tijd een nieuwe Grote Coalitie vormen. Het komt hier (in
Duitsland) in niemands hoofd op dat dit niet het geval zou zijn, zegt de directeur van het Centrum voor Nederland-Studies in Münster, professor Friso Wielenga.
Van een lange formatie en een mogelijke mislukking met daardoor nieuwe, vervoegde verkiezingen is in Duitsland geen sprake. Het land heeft trouwens sinds de oprichting van de Bondsrepubliek in 1949 maar twee vervroegde verkiezingen gekend. Nederland wel vijf alleen al in de afgelopen elf jaar.
Na de verkiezingswinst van de christendemocratische bondskanselier Angela Merkel lijken haar CDU/CSU en de SPD van de sociaaldemocratische kanselierskandidaat Peer Steinbrück weer op elkaar aangewezen. Steinbrück was in de vorige Grote Coalitie (2005-2009) Merkels minister van Financiën.
Wielenga schat dat de SPD niet graag weer in een coalitie onder Merkels vleugels stapt, maar als verantwoordelijke volkspartij kunnen ze het niet maken niet thuis te geven. Ze kunnen het partijbelang niet boven het landsbelang stellen. Een alternatief is er namelijk eigenlijk niet.
Merkels huidige coalitiepartner de FDP heeft geen zetels meer in het parlement en de tijd is volgens Wielenga nog niet rijp voor een coalitie van Merkels CDU/CSU met de Groenen. Inhoudelijk is volgens hem de kloof tussen de twee nog te groot.
En de SPD heeft in de onderhandelingen bovendien een goede uitgangspositie. In de Bondsraad, waarin de deelstaten zijn vertegenwoordigd en die in zeker opzicht een vergelijkbare rol vervult als de Nederlandse Eerste Kamer, hebben de christendemocraten geen meerderheid en zijn ze afhankelijk van door sociaaldemocraten en Groenen bestuurde deelstaten. Succesvol regeren zonder steun in de Bondsraad is onmogelijk, benadrukt Wielenga.