De meeste mensen die tien dagen in thuisquarantaine moesten na een buitenlandreis, gaan toch naar buiten. Dat blijkt uit een onderzoek van de Gedragsunit van het RIVM en de vereniging voor GGD'en, schrijft zorgminister Hugo de Jonge aan de Tweede Kamer. Het vaakst doen ze dat om boodschappen te doen.
De PVV had hem verzocht inzicht te geven in de redenen waarom mensen het quarantaine-advies niet opvolgden. Voor bijna alle landen in de wereld wordt reizen al maanden afgeraden (code oranje). Binnenkort blijft het niet bij een advies maar komt er een quarantaineplicht van tien dagen, maar alleen voor landen met een zeer hoog coronarisico. De Kamer stemt daar volgende week over. De Kamer voorziet problemen met de handhaving van de verplichting.
Van de 47.254 deelnemers aan het onderzoek, waren er 1265 in de zes weken ervoor in het buitenland geweest. Van hen was 41 procent uitgesloten van het advies voor thuisisolatie vanwege werk, school of bezoek aan familie in België of Duitsland. Ruim 12 procent ging niet naar buiten, maar wel naar een test op de vijfde dag na de inreis. Ruim 45 procent van deze terugkeerders (573 mensen) ging ondanks het advies toch naar buiten.
Het vaakst deden zij dat om boodschappen te doen (68 procent) of een frisse neus te halen (57 procent). Toch is ook één op de drie betrokkenen gaan werken (31 procent), liet 18 procent de hond uit en was 36 procent om een andere reden buiten.
De Jonge kan niet inschatten hoeveel mensen de komende zomermaanden naar het buitenland afreizen en voor wie de quarantaineplicht gaat gelden bij terugkeer. In februari waren er ongeveer 250.000 reizigers, veelal via de weg, die potentieel quarantaineplichtig zouden zijn geweest als de wet al van kracht was. De minister denkt dat het straks om veel minder mensen gaat, omdat de wet alleen geldt voor zeerhoogrisicogebieden.
Daarvan is sprake bij 500 nieuwe besmettingen per 100.000 inwoners per veertien dagen, gevaarlijke virusvarianten of onvoldoende surveillance. Door vaccinaties en minder besmettingen zullen er volgens De Jonge veel minder van dit soort gebieden overblijven, zeker in Europa.
Het nabelteam begint volgens De Jonge met ongeveer 1500 telefoongesprekken per week. "Stel dat bij inwerkingtreden van de wet van de eerder genoemde 250.000 inreizigers per week nog 5 procent quarantaineplichtig is, dan wordt ongeveer één op de acht inreizigers nagebeld." Alles wordt geregistreerd en doorgegeven aan de gemeenten, die de thuisblijvers kunnen controleren. De capaciteit van het controleteam kan worden opgeschaald, aldus de minister.