Alexander Pechtold vindt dat hij de eerste D66 premier moet worden. 'Het wordt tijd voor een echte liberaal in het Torentje," vindt hij. En hij denkt daarbij aan zichzelf. De VVD van premier Mark Rutte waant zich ten onrechte onaantastbaar.
Lijsttrekker Alexander Pechtold vindt dat D66 klaar is om weer te besturen. Terwijl D66 oppositie voerde, zijn de tegenstellingen in de samenleving volgens hem aangejaagd in plaats van overbrugd. Pechtold stelde zijn pleidooi voor een ,,open samenleving'' tegenover het ,,platte pleur-op-populisme'' waaraan Rutte zich zou bezondigen. Wie wil openstellen moet echter ook grenzen stellen. Wie tornt aan ,,onze vrijheden'' vindt in de D66-leider een fundamentalist tegenover zich, waarschuwde Pechtold.
De Nederlandse identiteit is, getuige Pechtolds toespraak op het congres waarop zijn partij haar vijftigste verjaardag vierde, ook voor D66 een belangrijk verkiezingsthema. De Nederlandse geschiedenis stemt volgens de D66-leider zowel trots als beschaamd. Nederland kent geen monocultuur, maar is juist altijd een vruchtbare smeltkroes geweest.
Inspraak
Pechtold erkende dat van de bestuurlijke vernieuwing, waartoe D66 ooit op aarde was, nog maar weinig is gekomen. Ruimere inspraak voor de burger, zoals een bindend referendum, is volgens hem inmiddels echter wel degelijk weer binnen handbereik. Wie het succes van D66 wil zien moet de blik echter verbreden, zei hij. Burgers hebben dankzij de Democraten volgens hem meer zeggenschap gekregen over hun levenseinde en tal van andere zaken.
D66 blijft ,,als grootste progressieve partij'' streven naar hervormingen, zei Pechtold. Wie klaar denkt te zijn met hervormen kan wel eens klaar zijn met regeren, waarschuwde hij Rutte.