Maandagmiddag presenteren de twee Kamerleden, Tunahan Kuzu en Selcuk Öztürk, die in november de
PvdA moesten verlaten, hun nieuwe politieke beweging. Belangrijkste speerpunten? Een minister van Acceptatie, een museum voor koloniale geschiedenis en de afschaffing van de termen 'allochtoon' en 'integratie.' Dat vertelt het duo in een interview met NU.nl. Ze vinden dat de politieke partijen in Nederland zijn verrechtst en willen een tegengeluid laten horen. 'Wij zien de laatste tijd dat partijen als de PvdA, CDA en VVD de laatste jaren steeds meer vanuit het frame van Geert Wilders zijn gaan denken,' zegt Kuzu. 'Wij zeggen: ho, ho, repressieve maatregelen hebben misschien effect op korte termijn. Wil je het probleem bij de wortel aanpakken, dan moet je het over de voedingsbodem hebben. En die voedingsbodem zit hem in uitzichtloosheid, discriminatie op de arbeidsmarkt en het gevoel dat je niet meetelt in de samenleving.' We zien dat de discriminatie- en racismecijfers met de dag toenemen. Daarom pleiten wij voor een ministerie van Acceptatie. Die minister moet projecten ontwikkelen om de mensen in de gebieden waar weinig 'allochtonen’ wonen in contact te brengen met elkaar.' Daarnaast moet de minister van Acceptatie ervoor zorgen dat er meer aandacht komt voor het Nederlandse koloniale- en slavernijverleden. 'Wij willen dat het oude ministerie van Koloniën wordt omgebouwd tot een museum van koloniale geschiedenis.' Om hokjesdenken en ongelijkheid tegen te gaan, willen de twee Kamerleden de woorden 'allochtoon' en 'integratie' afschaffen. Kuzu: 'Omdat wij streven naar een democratische rechtstaat op basis van gelijkwaardigheid van ras en religie, schaffen wij de term 'allochtoon’ en 'integratie’ af.'