Vrienden maken gaat het best als je jong bent. Dan ontmoet je relatief veel mensen die je niet eerder zag. Als je gesetteld bent is het veel moeilijker. Dat zegt je gezond verstand, maar dat blijkt ook uit
studies (van de Universiteit van Oxford en die van Aalto). Onze vriendennetwerken groeien tot we 25 zijn en worden daarna kleiner. Er is een opmerkelijk verschil tussen mannen en
vrouwen. Mannen maken in hun jeugd veel meer vrienden, maar raken ze ook veel sneller weer kwijt. Vrouwen vormen minder, maar hechtere vriendschappen, die vaak een leven meegaan. Uit het onderzoek blijkt dat mensen beneden de 25 niet alleen meer vrienden hebben dan ouderen, maar met die vrienden ook veel meer contact te hebben. Onder de 40 hebben mannen meer contact met hun vrienden, boven de veertig zijn het juist vrouwen die meer doen met hun vriendinnen.