De Duitse Niels H. doodde niet zoals gedacht zes mensen, maar hij bracht er negentig om het leven. De horrorverpleger die in 2015 werd veroordeeld tot levenslang blijkt nu één van de grootste seriemoordenaars sinds de Tweede Wereldoorlog. Hij pleegde zijn moorden in een ziekenhuis in de buurt van Bremen. Op de eerste hulp overleden tussen 2003 en 2005 plots twee keer zoveel mensen als normaal. De
medewerkers hadden geen idee hoe dat kon. Maar op 22 juni 2005 wordt Niels H. betrapt. Een verpleegster ziet nog net hoe hij een ongeneeslijk zieke kankerpatiënt een overdosis medicijnen toedient. De vrouw overlijdt bijna door heftige hartritmestoornissen, maar de verpleegster kan nog net ingrijpen. Ze gaat naar de politie, maar daarmee is de zaak nog lang niet aan een eind. Er wordt geen link gelegd met de andere sterfgevallen en de medewerkers blijven in de
man geloven. H. mag in een ander ziekenhuis weer aan het werk. Pas in 2008 krijgt hij 7,5 jaar cel voor poging tot moord. Bij de rechtszaak komen zoveel feiten aan het licht dat het onderzoek wordt heropend. Bij vijf andere lichamen die zijn opgegraven wordt hetzelfde medicijn gevonden als bij de eerste moord. Ook blijkt het middel veel vaker te worden gebruikt als H. aan het werk is. Het Duitse openbaar ministerie stelt dat de man nog vijf mensen heeft gedood. H. ontkent aanvankelijk maar doet bij een psychiater uiteindelijk een opvallende bekentenis. "Niet drie, maar dertig patiënten stierven nadat ik ze geïnjecteerd heb met een overdosis." Tegen een van zijn medegevangenen vertelt hij zelfs dat hij bij "vijftig doden was gestopt met tellen." Vandaag komen Duitse aanklagers, na drie jaar onderzoek, tot de conclusie dat de man in totaal 90 mensen om het leven heeft gebracht. Het is daarmee een van de grootste moordzaken ooit uit de Duitse geschiedenis. Van zijn motief heeft H. nooit een geheim gemaakt: "Ik verveelde me op de intensive care. Ik bracht ongeneeslijk zieke patiënten daarom een overdosis toe. Ze kwamen 'in een staat van reanimatie' terecht. Zo kon ik aan mijn collega's bewijzen hoe goed mijn reanimatietechnieken waren."