Johan Cruijff heeft de strijd tegen
longkanker verloren, maar op trapveldjes over de hele wereld leeft zijn naam altijd voort. Jongetjes en meisjes uit onder meer Maleisië, Japan, Zuid-Afrika, Marokko, Curaçao, Brazilië, de
Verenigde Staten, Polen en in heel Nederland kunnen voetballen op de beroemde Cruyff Courts, kunstgrasvelden van vaste afmetingen met oranje doelen en blauwe hekken.
Sinds 2003 mogen alle winnaars van de Johan Cruijff Prijs, die wordt uitgereikt aan het talent van het jaar in de eredivisie, op een zelfgekozen locatie zo'n Cruyff Court laten aanleggen.
Arjen Robben was de eerste winnaar van de Johan Cruijff Prijs. De huidige aanvoerder van Oranje liet in zijn geboortedorp Bedum een veldje aanleggen waarop de veertien regels van Cruijff gelden, zoals respect, verantwoordelijkheid, creativiteit en sociale betrokkenheid. Daarna volgden Wesley Sneijder (Utrecht), Salomon Kalou (Rotterdam), Klaas-Jan Huntelaar (Hummelo), Ibrahim Afellay (Al Hocheima in Marokko), Miralem Sulejmani (Amsterdam), Eljero Elia (Den Haag), Gregory van der Wiel (op Curaçao), Christian Eriksen (Middlefart in Denemarken), Adam Maher (Diemen), Marco van Ginkel (Scherpenzeel), Davy Klaassen (Hilversum) en dit jaar Memphis Depay, die nog een locatie moet uitkiezen.