Na de verkiezing van kardinaal Jorge Bergoglio tot paus worden vragen gesteld bij zijn betrokkenheid bij de dictatuur van Jorge Videla in Argentinië. Hij was toen Jorge Bergoglio was, volgens Verbitsky, in 1977 betrokken bij de verdwijning van twee linkse jezuïeten, Orlando Yorio and Francisco Jalics. De twee werden lang vastgehouden in onmenselijke omstandigheden door de doodseskaders, omdat ze armen hielpen in de sloppenwijken. Bergoglio deed de beschuldigingen destijds af als laster. In zijn autobiografie wijdt hij een heel hoofdstuk om uit te leggen dat hij er alles aan heeft gedaan om de twee priesters te beschermen. Volgens beweert Bergoglio zelfs dat hij zijn identiteitspapieren heeft gegeven aan iemand die op hem leek, om zo het land uit te komen. Maar toen president Nestor Kirchner in 2007 de amnestiewet voor de juntamilitairen wilde herroepen, was kardinaal Bergoglio tegen, meldt de Franse nieuws- en onderzoekssite . Die kritische houding leverde hem de naam de ‘oppositieleider’ op.
Bron(nen): De Standaard Los Angeles Times Rue89