Wat onze kinderen ons later met Kerst serveren: insecten

Met bijna 8 miljard aardbewoners wordt het straks volgens experts nog lastig om voor iedereen voldoende eten te hebben. Het nuttigen van insecten zal dan (helaas?) noodzakelijk zijn. Er zijn vooralsnog een stuk of 7 eetbare insecten. Ondertussen werken studenten van de universiteit van Montreal aan het produceren van 'power flour', oftewel bloem van sprinkhanen, om later mee te kunnen bakken. Wat we nu al kunnen eten: 1. Rupsen - veel voorkomend in Afrika en goed voor de plaatselijke economie. Ze worden gekookt in zout water en dan te drogen gelegd. In gedroogde vorm zijn ze lang houdbaar en ze bevatten veel belangrijke voedingsstoffen zoals ijzer en zink 2. Termieten - deze kunnen worden gefrituurd, gerookt of gestoomd in bananenbladeren, worden gegeten in Zuid-Amerika en Afrika en bevatten aminozuren en calcium 3. Mottenlarven - één van de hoofdbestanddelen van het dieet van Aboriginals in Australië. Rauw zijn het net amandelen, geroosterd lijken ze op kip. Ze eten boomwortels onder de grond en moeten daar vandaan worden gehaald 4. Sprinkhanen - worden vooral gegeten in Mexico, vaak zijn ze geroosterd en worden ze geserveerd met knoflook, limoen en zout. Ze bevatten uitzonderlijk veel proteïne 5. Palm graanklanders - worden rauw of gebakken gegeten in Afrika waar ze in palmbomen leven. Ze zijn ongeveer 10 centimeter groot en heel voedzaam 6. Snavelinsecten (kevers) - worden gegeten in Azië en in Zuid-Amerika en Afrika. Ze stinken en heten daarom ook wel Om van de stank af te komen wordt hun hoofd eraf gehaald en worden ze gespoeld in water wat later als pesticide kan worden gebruikt 7. Meelwormen - de enige insecten die ook in het Westen worden gegeten, ze worden zelfs in Nederland geproduceerd. Meelwormen bevatten veel voedingsstoffen zoals zink, koper, ijzer en kalium

Bron(nen): Live Science