"U gelooft toch zelf niet dat uw leven pas echt van start kan gaan na uw pensioen?" Dat schrijft Sarah Van Liefferinge van de Vlaamse Piratenpartij. In een opiniestuk in Knack is ze kritisch over de manier waarop we naar werk kijken. Deeltijds werken en minder consumeren is haar advies. En kennelijk raakt ze een gevoelige snaar. Het stuk is binnen een dag al ruim 20.000 keer gedeeld. Ze begint: "Dat het slopend is om een gezin te combineren met een carrière. Dat er te weinig tijd is om daarnaast ook te léven. Dat je het niet redt op je eentje. Noodkreten van oververmoeide ploetermama's en -papa's sierden de laatste dagen onze kranten. En niet enkel zij proberen zich elke dag staande te houden in de ratrace. Zowat iederéén in deze samenleving loopt op de toppen van zijn of haar tenen: dat is een broeinest voor emotionele ellende." Ze noemt de gevolgen: "Sommige mensen melden zich ziek op hun werk om tijd te nemen voor zichzelf. Anderen slikken pillen om de dagelijkse stress te doorstaan: antidepressiva (dagelijks één miljoen Belgen), angstremmers, slaapmiddelen of kalmeerpillen. En voor de
kinderen is er Ritalin, zodat zij zich vroeg genoeg leren aanpassen." Maar dat is niet de oplossing, vindt Liefferinge. "Uiteindelijk bestrijden we zo de symptomen, maar niet de
ziekte. Er valt nauwelijks te ontsnappen aan de prestatie- en competitiedwang die we van kinds af door onze strot geramd krijgen. Onze samenleving is doordrongen van het waanidee dat we keihard moeten werken (of geboren moeten zijn voor het geluk) om aanspraak te mogen maken op het goede leven. Ironisch genoeg staat juist deze mentaliteit het goede leven in de weg." "We laten ons collectief beroven van onze vrije tijd en energie," stelt ze. "Haast niemand vindt voldoende tijd om te genieten en na te denken, om te creëren en te ondernemen, om te ontdekken en te studeren, om te zorgen voor onze kinderen en onze ouders. We zitten allemaal samen, als dolgedraaide hamsters, gevangen in de achterhaalde dogma's die onze regeringen blijven verdedigen: '
economische groei' en 'jobs, jobs, jobs!'. Welzijn moet steeds opnieuw wijken voor welvaart." Ze besluit: "Onze toekomst hangt niet af van de leeftijd waarop vrouwen kinderen krijgen, of van de pensioenleeftijd. Onze toekomst hangt af van of we er al dan niet in slagen om ons te bevrijden van onze groeiverslaving en onze hebzucht. Blijven we de slaaf van een economisch systeem dat enkel de elite dient? Of durven we te kiezen voor het goede leven?"