Almere is een nieuwe weg ingeslagen: geen grote vinexwijken meer, waarin elk grassprietje op de bouwtekening staat, maar kleinschaligere buurten met door bewoners zelfgebouwde huizen. Het wildste project is Almere Oosterwold, oftewel de wijk zonder plan. Op 43 vierkante kilometer platteland moeten in enkele decennia 15.000 woningen herrijzen. En de bewoners mogen alles zelf bepalen: hoe hun huis er uit gaat zien, waar wegen en riolering moeten komen en waar ze energie vandaan halen. Er is geen enkel stedenbouwkundig plan voor de nieuwe wijk. Almere noemt het zelf 'uniek in Nederland'. Enige regel voor Oosterwold is dat het groen blijft. Bewoners mogen maximaal 20 procent van hun kavel bebouwen. Verder zorgt de overheid voor de hoofdwegen. Vanwege de crisis is de huizenbouw in het bijna 200.000 inwoners tellende Almere zo goed als stil gevallen. Toch is afgelopen najaar afgesproken dat er nog 60.000 woningen bijkomen. Niet zoals vroeger met hele grote eenvormige wijken, maar met veel meer aandacht voor de individuele wensen van de bewoners. Nu al wordt 50 procent van de huizen door bewoners zelf gebouwd. Gemeente-ambtenaren waren eerst bang dat daardoor een lelijk allegaartje zou ontstaan, maar dat valt in de praktijk erg mee. Het draagt juist bij aan een grotere diversiteit in de stad. Het is bovendien goedkoper, omdat er geen projectontwikkelaar meer bij betrokken is. Het stadsbestuur heeft het soms lastig met de nieuwe bouwplannen. Wethouder Henk Mulder in Trouw: "Het is een les in loslaten. We zijn hier altijd gewend geweest om letterlijk elk boompje van tevoren in te tekenen''.