BÜRGENSTOCK (ANP) - In Zwitserland begint een tweedaagse vredestop voor Oekraïne. De Oekraïense president Volodymyr Zelensky hoopt daar steun te vergaren voor zijn visie over hoe de oorlog met Rusland beëindigd moet worden. Er komen delegaties van zeker negentig landen en organisaties, maar vooraf ging het vooral over de landen en leiders die er niet zullen zijn.
Allereerst Rusland: een van de twee strijdende partijen in deze oorlog, maar niet uitgenodigd voor de top. Zwitserland zegt dat het bereid was om dat wel te doen, maar dat de Russen herhaaldelijk hebben aangegeven "dat ze niet geïnteresseerd zijn in deelname". Daarom is geen uitnodiging gestuurd. Het Kremlin heeft de top "nutteloos" genoemd.
Ook China ziet daarom niets in de vredestop, die wordt georganiseerd in Bürgenstock, aan het Vierwoudstrekenmeer. Beijing zegt dat de top niet "voldoet aan China's voorwaarden". Zelensky sprak zijn teleurstelling uit over het ontbreken van de Chinezen en beschuldigde hen er ook meteen van druk te zetten op andere landen om de vredestop niet bij te wonen. Beijing ontkent andere landen aan te sporen om weg te blijven uit Zwitserland.
Oekraïne en Zwitserland zeggen dat Rusland wel uitgenodigd kan worden bij mogelijke vervolgtoppen, omdat het land deel moet zijn van het vredesproces. De top van dit weekend moet daar het beginpunt voor zijn.
De laatste belangrijke afwezige is de Amerikaanse president Joe Biden, die donderdag en vrijdag nog wel in Italië was bij de G7-top. Zelensky vond het geen sterk signaal dat de Amerikaanse leider niet komt. Biden stuurt zijn vicepresident Kamala Harris.
Een aantal grote Europese leiders is wel aanwezig in Bürgenstock. Zo zijn de Britse premier Rishi Sunak, de Franse president Emmanuel Macron en de Duitse bondskanselier Olaf Scholz er en ook de Europese Commissievoorzitter Ursula von der Leyen en de Italiaanse premier Giorgia Meloni reizen naar Zwitserland. Landen als India, Turkije en Hongarije sturen niet hun leiders, maar wel een delegatie. Namens Nederland gaat demissionair premier Mark Rutte.