Op 6 maart bekende Michael Boogerd jaren
doping te hebben gebruikt. Tot dan ontkende ook hij steevast. 'Je weet dat je het wel hebt gedaan. En toch zeg je: Neen. Nooit. Dan maakt het niet uit of je die persoon nu goed kent of niet. Elke keer sterft een stukje van jezelf', zegt hij nu in een interview met de Belgische krant Het Nieuwsblad. De 40-jarige Boogerd gaat onder meer in op de gevolgen van zijn bekentenis bij de NOS. 'Ik word niet met de nek aangekeken. In België willen de mensen op dit moment van het jaar sowieso over
wielrennen praten. Ik praat daar graag over. Wielrennen is mijn passie.' Na de voor hem moeilijke 6 maart voelt Boogerd, zo vertelt hij in het verhaal in Het Nieuwsblad, zich een stuk meer relaxt. 'Ik kan er al eens een grapje over maken. De eerste tien dagen na de bekentenis waren best prettig. Ik voelde me bevrijd. Wat ook de bedoeling was natuurlijk.' 'Ik voel me geen echte grote bedrieger. Doping gebruik was een soort gemeengoed, dat idee had ik. Ik heb het proberen uit te leggen, maar wielrennen is zo'n aparte wereld. Het is denk ik de zwaarste sport die er is. Ik zal iets zeggen dat raar klinkt: ik heb de sport beoefend naar de regels die toen golden.' Maar Boogerd geeft ook eerlijk toe: 'Ik heb spijt dat ik in die periode heb gefietst en dat ik de cultuur mee in stand heb gehouden. 'Volgens de Hagenaar was de tijd er simpel nog niet rijp voor om toen alles in de openbaarheid te brengen. Van 1996 tot en met 2007 maakte hij deel uit van de Rabo-wielerploeg.