Hardlopen wint nog steeds aan populariteit. Nederland zou inmiddels 2,5 miljoen lopers tellen. Die hebben nogal eens wat ideeën over rennen, die niet kloppen. Vier fabels over hardlopen: Het is voor velen een reden om niet te gaan hardlopen: het zou je knieën kapot maken. Laat het geen excuus meer zijn. Uit onder 75.000 hardlopers en bijna 15.000 wandelaars blijkt dat hardlopers minder vaak artritis in hun knieën ontwikkelden dan wandelaars. Er is ook verder geen bewijs dat je knieën sneller slijten van hardlopen. Door regelmatig hard te lopen train je de spieren rond je knie, waardoor ze de klap juist steeds beter kunnen opvangen. Rekken en strekken voor en na het hardlopen zou blessures voorkomen en spierherstel versnellen. Dat is niet zo. Uit meerdere blijkt dat de bekende rek- en strekoefeningen geen enkel effect hebben. Dynamisch stretchen door bijvoorbeeld kleine sprongetjes te maken of je uit te rekken tijdens het lopen, zou wel nuttig kunnen zijn. De snelste renners
landen op hun voorvoet en niet op hun hak. Vaak wordt daarom gedacht dat dit beter is, maar er is geen bewijs gevonden voor die theorie. zeggen in The Guardian zelfs dat landen op de hak beter zou zijn voor langzame lopers. Landen op de middenvoet is mogelijk nog het beste en eenvoudiger aan te leren dan landen op de voorvoet. Als je 's avonds op de bank zit en het regent buiten is het lastig om in te zien dat je van hardlopen echt gelukkig wordt. Toch is het zo. Het zijn de bekende endorfines die vrijkomen waar je een blij gevoel van krijgt. En je doet er ook nog eens je gezondheid een plezier mee.