Na het goud, zilver en brons van Sotsji maakten de Nederlandse sprintmannen in Zuid-Korea op de 500 meter pas op de plaats. Ronald Mulder, Kai Verbij en Jan Smeekens kwamen in de Gangneung Oval niet verder dan respectievelijk de zevende, negende en tiende positie.
,,Het is toch een klap in het gezicht als Lorentzen zo hard rijdt en wij als Nederlanders er zo ver achter zitten'', zei Verbij, daarbij doelend op de winnende tijd van 34,41 van de Noorse schaatser.
Voor Verbij was het zijn eerste wedstrijd sinds hij eind december bij het olympisch kwalificatietoernooi een liesblessure opliep. ,,Je weet gewoon niet wat je kan. Mijn opening was heel goed en daar ben ik heel blij mee. Daar was ik het meest onzeker over. Het rondje was niet goed. Ik heb te weinig wedstrijdritme gehad. Misschien heb ik ook wel iets te voorzichtig gereden'', aldus de sprinter van Team Plantina, die vrijdag ook nog meedoet aan de olympische 1000 meter.