Het tijdperk van de stoere gevechtspiloot lijkt ten einde te komen. De Amerikaanse marine heeft immers aangekondigd dat hun nieuwste gevechtsvliegtuig wel eens het laatste zou kunnen zijn met een mens aan boord.
Deze verschuiving is niet zomaar uit de lucht komen vallen. Een menselijke piloot blijkt namelijk een behoorlijke last voor een gevechtsvliegtuig. Door alle veiligheidssystemen die nodig zijn om een mens in leven te houden, zoals zuurstoftoevoer en schietstoel, kan een
vliegtuig maar tachtig procent van zijn potentiële prestaties leveren.
In militaire oefeningen presteren AI-gestuurde systemen daarentegen nu al beter dan menselijke piloten. Dit komt vooral doordat computers veel sneller beslissingen kunnen nemen in situaties waar milliseconden het verschil maken tussen leven en dood. AI kan daarnaast manoeuvres uitvoeren die voor menselijke piloten dodelijk zijn.
Kostenplaatje speelt een rol
Ook het kostenplaatje spreekt in het voordeel van onbemande toestellen. De training en uitrusting van piloten is peperduur. Uit onderzoek blijkt dat een onbemand verkenningsvliegtuig over zijn hele levensduur maar half zoveel kost als een bemande variant.
Toch zijn er nog flink wat hobbels te nemen. AI heeft nog steeds moeite met de onvoorspelbaarheid van oorlogvoering. Een simpel voorbeeld: alleen al het vervangen van de banden van een vliegtuig kan de computergestuurde visuele herkenning in de war brengen. Daarnaast zijn er zorgen over de kwetsbaarheid van de communicatiesystemen die nodig zijn om drones aan te sturen.
Killer robots
De grootste uitdaging zit misschien wel in de ethische kant. Westerse landen hebben zichzelf beperkingen opgelegd als het gaat om volledig autonome wapensystemen. Maar wat als een tegenstander zich niet aan die regels houdt? De druk om ook autonome systemen in te zetten zou dan wel eens te groot kunnen worden.