In het Indiana Medical History Museum worden
hersenen uit de 19e eeuw bewaard. En daar zouden zij nog vele jaren kunnen blijven staan, ware het niet dat Dr. George Sandusky van de Indiana University ervan overtuigd is dat hij in die glazen potten dé sleutel tot een verfijnder diagnostiek en behandeling van psychiatrische ziekten gaat vinden.
Hij heeft namelijk een techniek ontwikkeld om bruikbaar DNA uit de hersenen te halen, die afkomstig zijn van psychiatrisch patiënten die rond 1850 overleden in het plaatselijk 'dolhuys'. Sandusky denkt dat hij zo diagnoses, zoals de bipolaire stoornis, schizofrenie en post-traumatische stressstoornis sneller en beter zal kunnen stellen met behulp van een eenvoudige bloedtest.
Versere hersenen zouden natuurlijk welkom zijn, maar er zijn jaarlijks maar 12 hersendonoren. De museumcollectie omvat daarentegen meer dan 400 exemplaren en die bijzonder goed geconserveerd zijn.
Het onderzoek sluit aan bij de opmars van de biologische
psychiatrie, die o.a. op zoek is naar 'biomarkers' of 'merkers' voor psychiatrische stoornissen. Een biomarker is stof of (genetische) eigenschap die duidt op de aanwezigheid van of aanleg voor een bepaalde ziekte. Ze zijn niet specifiek voor de psychiatrie. Ook in de strijd tegen kanker en andere ziekten wordt er druk naar gezocht.
Als je nu opgenomen wordt in een psychiatrisch ziekenhuis kan het weken duren voor een diagnose gesteld wordt, die later misschien toch nog verkeerd blijkt te zijn. Dan wordt er allerlei medicatie in diverse combinaties uitgeprobeerd en het duurt toch algauw een aantal maanden voor de psychiater met zekerheid kan zeggen dat een middel niet werkt. Zo ben je algauw een half jaar verder.
Met de nieuwe methode van Sandusky zal een bloedafname voldoende zijn om de diagnose te stellen én om vast te stellen op welke medicijnen de patiënt wel en niet goed zal reageren.