7 stappen naar een gelukkiger leven volgens de wetenschap

Het zijn niet de droomreizen, grote huizen of dure gadgets waar we gelukkig van worden. Veel mensen zijn daar inmiddels wel achter. Wat dan echt gelukkig maakt? De wetenschap heeft daar wel een antwoord op:

1. Doe iets aardigs voor anderen
   Genoeg onderzoek heeft aangetoond dat je zelf gelukkiger wordt als je iets goeds doet voor een ander. En het mooie is: die ander wordt er ook gelukkiger van.
2. Wees dankbaar
   Het is een van de meest uitgekauwde adviezen van menig zelfhulpboek, maar het schijnt echt te werken: bedenk elke dag waar je dankbaar voor bent. Het helpt niet alleen om je positieve ervaringen te onthouden, maar is ook goed voor je gevoel van eigenwaarde, om je verbonden te voelen met anderen en om negatieve ervaringen te vergeten.
3. Ontwikkel een positieve kijk op de toekomst
   Stel jezelf voor dat je leven perfect is. Wie en waar zou je willen zijn over tien jaar? Je een ideale toekomst voorstellen helpt om je doelen na te jagen, om te gaan met teleurstellingen en je wordt er direct vrolijker van.
4. Vergelijk jezelf niet met anderen
   Gelukkige mensen zijn zich nauwelijks bewust van anderen, die het eventueel beter hebben. Ze leiden hun eigen leven. Onderzoek wijst ook uit dat je juist ongelukkig wordt van het streven om meer te bezitten dan de mensen om je heen.
5. Koester je relaties
   Maak tijd voor vrienden en familie. Vertel waarom je hen zo waardeert en deel bijzondere momenten. Warme relaties zijn goed voor je gezondheid. Je zou er zelfs langer door leven.
6. Geniet van je werk
   Zorg dat je fijn werk hebt dat je in een flow brengt. Mensen die hard werken, genieten meer van de activiteit en zien hun werk eerder als hobby. Proberen weg te komen met zo min mogelijk inspanning maakt je juist ongelukkig met je werk.
7. Zorg goed voor je lichaam
   Lichaamsbeweging, enigszins gezond eten, op tijd rust nemen en met een lach door het leven gaan. Het maakt je allemaal gelukkiger.

In dit artikel kun je meer lezen over de wetenschappelijke onderbouwing.

Bron(nen): Psychology Today