Je zou wellicht verwachten dat een leugenaar worstelt met oogcontact maken, maar volgens een onderzoek van de Universiteit van Michigan kijken leugenaars je juist extra vaak direct aan. Ook waaien mensen die liegen beide handen een stuk meer heen en weer dan mensen die de waarheid vertellen. De onderzoekers bekeken 118 video’s om te achterhalen welke taal en gebaren mensen gebruiken op het moment dat ze niet de waarheid vertellen. De video’s waren afkomstig van het ‘Innocence Project’ en YouTube. Het Innocence Project behandelt de juridische zaken van mensen die onterecht vast zitten. Op YouTube werd mensen gevraagd om een review te schrijven over bepaalde films. Bij de filmpjes van het Innocence Project stelden de onderzoekers de leugenaars vast op basis van de uitspraak van de rechtszaak en bij de YouTube filmpjes werd sommige mensen gevraagd om een review van een niet-bestaande film. Degenen die logen maakte meer handbewegingen, meer oogcontact, knikten met hun hoofd en fronsten meer. Uit de transcribeerde audio bleek tevens dat de kans om “Uhm” te zeggen bij leugenaars hoger ligt. Ook distantiëren ze zich van hetgeen dat ze bespreken, ze gebruiken “hij/zij” in plaats van “ik/wij”. De cijfers: 25 procent van de mensen die de waarheid vertelde maakte veelvuldig gebruik van handgebaren, tegenover 40 procent van de leugenaars. 70 procent van de leugenaars keek de andere persoon direct in de ogen aan, bij de eerlijke mensen lag dit percentage op 60 procent. Bij een dergelijk onderzoek is het belangrijk om echte situaties te analyseren. Met tests in een laboratorium is het uitermate lastig om dezelfde setting of sfeer te creëren. Je kan mensen belonen om te liegen, maar alleen in een levensechte situatie hebben ze echt de motivatie om mensen te bedriegen. De onderzoekers denken dat hun werk gebruikt kan worden door beveiligingsagenten of juryleden, maar het blijft uiteraard foutgevoelig. Het is onmogelijk om een systeem te ontwikkelen met een accuraatheid van 100 procent.
Bron(nen): Quartz