"Over het algemeen zijn vrouwen gelukkiger dan mannen. Het is niet zo dat mannen ongelukkig zijn, maar ze zijn iets minder gelukkig." Dat zegt geluksprofessor Paul Frijters (48) in een interview met Elsevier.
Mannen slecht met stress "Mannen kunnen wat minder goed omgaan met stress," vervolgt de hoogleraar aan de London School of Economics. "Daarvoor moet je in contact staan met je emoties en dat gaat mannen over het algemeen wat minder goed af." Opmerkelijk genoeg is het keerpunt in zicht. "Het wonderbaarlijke is dat mannen – en dat had ik niet verwacht – wel gelukkiger aan het worden zijn, en vrouwen juist minder gelukkig."
"We weten niet precies hoe dat komt, maar het lijkt erop dat vrouwen machtiger worden en mannen minder machtig, en dat dit goed is voor het geluksgevoel van mannen en slecht voor het geluksgevoel van vrouwen. Vrouwen willen wel meer macht hebben, maar gelukkiger worden ze er niet van. Althans niet als groep, individuele vrouwen misschien wel."
We zijn machtswellustelingen De hoogleraar legt uit: "Evolutionair zijn we machtswellustelingen, maar of macht goed voor ons is, is een andere vraag. Vrouwen die machtiger worden, gaan meer roken en drinken en meer risico’s nemen. Terwijl mannen die minder macht krijgen de omgekeerde weg bewandelen. Voor mannen is het niet zo slecht dat zij meer onderworpen zijn aan hun vrouwen. Liefde heeft ook onderwerping nodig. Zowel het jongetje als het meisje moet op de knieën worden gebracht. En liefde levert nu eenmaal heel wat geluk op."
Een verklaring voor het verschil heeft de professor wel. "We denken dat jongens en mannen emotioneel minder sterk zijn dan meisjes en vrouwen. Als een man overlijdt, heeft dat bijvoorbeeld geen impact op zijn vrouw. Maar als een vrouw overlijdt, heeft dat enorme impact op haar man. Al vindt een oudere man wel weer makkelijker een nieuwe vrouw, want er zijn meer oudere vrouwen dan oudere mannen."
Gelukspiek op latere leeftijd Het is een bekend gegeven dat geluk een U-vorm kent: Ons levensgeluk kent een piek in onze twintiger jaren en blijft dan dalen tot ongeveer 50-jarige leeftijd. Daarna neemt het weer toe om rond de 70 jaar opnieuw een top te bereiken. Die piek komt volgens Frijters doordat we illusies loslaten. "Je maakt jezelf niet meer wijs dat je de Olympische Spelen gaat winnen of miljardair wordt. Sterker nog, je kijkt naar jezelf en denkt: het gaat prima zo."
Bron(nen): Elsevier