Een buffertje voor als de wasmachine kapot gaat of de auto, dat hebben de meeste Nederlanders wel, maar de verschillen zijn groot. Niet alleen per inkomensniveau, maar ook per generatie.
Volgens het Nibud hebben huishoudens minimaal 3400 euro aan spaargeld nodig voor onvoorziene omstandigheden, maar een kwart van de Nederlanders haalt dat niet. Daar staat tegenover dat ruim een derde van de Nederlandse huishoudens met een bovenmodaal inkomen meer dan 30.000 euro spaargeld heeft, blijkt uit recent onderzoek van de Rabobank.
Per leeftijdscategorie ziet de spaarrekening er ook nogal verschillend uit, laten cijfers van het CBS zien, waar Metro indook. Omdat het gemiddelde bedrag aan spaargeld een vertekend beeld geeft, is ook de mediaan meegenomen (50 procent van de mensen zit erboven en 50 procent eronder). Gemiddeld hebben Nederlandse huishoudens 40.300 euro aan spaargeld, maar het mediaan vermogen is 13.300 euro. De helft van de huishoudens heeft dus minder dan dat bedrag op de spaarrekening staan.
Per leeftijdscategorie zijn de cijfers als volgt:
Tot 25 jaarGemiddeld: 7.400 euroMediaan: 2.400 euro
25 tot 35 jaarGemiddeld: 14.400 euroMediaan: 5.600 euro
35 tot 45 jaarGemiddeld: 25.500 euroMediaan: 9.900 euro
45 tot 55 jaarGemiddeld: 40.600 euroMediaan: 14.700 euro
55 tot 65 jaarGemiddeld: 52.500 euroMediaan: 19.100 euro
65 tot 75 jaarGemiddeld: 59.300 euroMediaan: 22.500 euro
75 tot 85 jaarGemiddeld: 57.500 euroMediaan: 22.600 euro
85 jaar en ouderGemiddeld: 63.300 euroMediaan: 23.700 euro
Bron(nen): Metro