KOPENHAGEN (ANP) - De Deense ontwikkelaar van projecten voor hernieuwbare energie Ørsted heeft afgelopen kwartaal ruim 500 miljoen dollar (455 miljoen euro) moeten afschrijven door een tegenvaller bij een Amerikaans offshorewindpark en een geannuleerde waterstoffabriek in Zweden.
Financieel gaat het al langer niet goed met de onderneming. Topman Mads Nipper probeert het tij te keren met een herstelplan. Ørsted heeft eerder bekendgemaakt rigoureus in te grijpen om de kosten te verlagen. Ook verlaat het bedrijf een aantal landen, verkoopt het bezittingen en heeft het wereldwijd honderden banen geschrapt.
In het tweede kwartaal leed de onderneming een verlies van 3,9 miljard Deense kroon, omgerekend 527 miljoen euro. Toch stelt Nipper dat de operationele activiteiten van het bedrijf goed presteren, met gestegen opbrengsten van offshorewindparken. "We blijven sterk gericht op het verminderen van risico's bij de uitvoering van projecten en het prioriteren van groei", zegt de directeur.
Ørsted moest afschrijvingen doen op een windpark in de Verenigde Staten door bouwvertragingen, waardoor de oplevering een jaar later plaatsvindt. Het Zweedse waterstofproject, bekend als FlagshipONE, had de grootste productiefaciliteit van groene scheepsbrandstof ooit moeten worden. Het bedrijf slaagde er echter niet in afnemers voor de producten te vinden.