Waarom het nog steeds zo slecht gaat met de Italiaanse economie

Economie
vrijdag, 16 maart 2018 om 13:40
welingelichtekringen header 1
Bijna overal in Europa draait de economie als een malle, maar één land blijft hopeloos achter. Dat is Italië. Elsevier legt uit wat de oorzaak is van de aanhoudende economische ellende. Er zijn maar zes landen op de wereld waar de economie sinds 2001 minder hard groeide. Denk daarbij aan landen als Griekenland en Jemen. De werkloosheid is al heel lang gigantisch hoog: een op de drie jongeren zoekt een baan. De staatsschuld is eveneens te hoog: 1,3 maal het nationaal inkomen, waar dat in Nederland 0,6 is. Bovendien heeft de overheid vele miljarden uitgeleend om de banken overeind te houden. Geld dat nooit meer terugkomt. En dan is er nog het arme zuiden, dat vooral door de maffia nauwelijks bijdraagt aan de economie. Italië komt maar moeilijk uit het economisch slop doordat ze lid is van de eurozone. De Italianen hadden er een handje van om de economie aan te jagen door de lire te devalueren. Dat kan nu niet meer. Maar er is natuurlijk veel meer aan de hand. Economen van de Europese Commissie zeiden tijdens de crisis al dat de regelgeving en bureaucratie verstikkend zijn. Dat in combinatie met hoge belastingen maakt het lastig zakendoen. Daarnaast is de kloof enorm tussen oudere goedbetaalde werknemers met vaste contracten en jongeren die slechts een tijdelijke aanstelling krijgen en voor een hongerloon werken. Grote hervormingen zijn nodig. Het ontslagrecht moet worden versoepeld, belastingen moeten omlaag en de bureaucratie moet worden verminderd. maar dat gaat waarschijnlijk niet gebeuren. Oudere werknemers, die over het algemeen de dienst uit maken, zijn best tevreden en hebben dus weinig belang bij hervormingen. Bovendien is het wetgevingsproces zo stroperig dat veel wetten het niet halen. Tenslotte is er nog de Italiaanse cultuur die tegenwerkt, zo stellen Italiaanse economen zelf. Zo zijn bedrijven weinig meritocratisch. Bij bijna de helft zijn prestaties geen reden voor promotie: loyaliteit is belangrijker. Uit ander onderzoek blijkt bovendien dat veel bedrijven relatief oude directeuren hebben, die vaak risicomijdend en weinig innovatief zijn. En er is weinig kans dat dit soort dingen snel gaat veranderen.  
Bron(nen): Elsevier