Foreign Policy besteedt een uitvoerige beschouwing aan de waarde van het internet. De wereld wordt dankzij internet beter. Dat dachten we misschien, twintig jaar geleden, maar dat bleek naïef. De wereld werd beter, maar ook slechter. Twitter verslaat dictators. Dat is romantisch, maar onzin. Mensen verslaan dictators en misschien dat soms Twitter een beetje kan helpen, al leren juist dictators snel bij. Google verdedigt de vrijheid van het internet. Ok wel een beetje naief. Google verdedigt Google en soms valt dat samen met vrijheid. Soms ook niet. Internet zorgt er voor dat overheden beter verantwoording afleggen. Hoezo? Internet vergemakkelijkt propaganda, dat wel. Internet zorgt voor grotere participatie bij de politiek. Soms, maar dan meestal omdat de politiek dat wil, zoals bij Obama. Als je mensen vraagt wat ze doen op internet staat in niemands lijstje 'politiek participeren'. Dankzij internet sneuvelt de verslaggeving over buitenlands nieuws. In tegendeel: je kunt nu zelf gaan kijken bij de bron. Het internet brengt ons dichter bij elkaar. Een beetje, maar er is geen global village. Cultuur en smaak verschillen zijn niet verkleind. En om elkaar te snappen moet je nog steeds reizen en elkaar ontmoeten.