Donald Trump heeft weer een maatregel bedacht die vooral de gewone Amerikaan treft. Hij gaat de netneutraliteit afschaffen. Dat betekent dat internetproviders meer invloed krijgen op de inhoud van websites. Netneutraliteit wil zeggen dat internetaanbieders alle websites hetzelfde moeten behandelen. De afschaffing ervan is duidelijk een overwinning voor de grote telecombedrijven. Zij kunnen nu meer geld vragen aan bedrijven die veel bezoekers hebben, zoals Netflix of de toegang tot bepaalde websites verbieden. Alleen de grootste bedrijven kunnen de hogere kosten betalen. Het is dus slecht voor kleine internetbedrijfjes en voor de consument, die mogelijk meer moet gaan betalen voor internetdiensten. Netflix zal bijvoorbeeld de hogere prijs die de telecomaanbieder vraagt, doorberekenen aan de klant. De Federal Communications Commission (FCC) moet nog over het wetsvoorstel stemmen, maar aangezien er drie Republikeinen en twee Democraten in de commissie zitten, is het vrijwel zeker dat de netneutraliteit wordt afgeschaft. Daarmee steekt Trump zijn middelvinger op naar de tech-industrie. Onder meer Netflix, Twitter, Apple, Facebook en Google pleitten eerder dit jaar voor behoud van de netneutraliteit. Saillant detail: de FCC zegt haar besluit te baseren op een online consultatie, maar die werd op grootschalige wijze gemanipuleerd door bots. Van de 22 miljoen reacties waren er slechts 4 miljoen uniek. Laat je de bots weg dan zou 95 procent van de mensen voor netneutraliteit hebben gestemd, zo concluderen onderzoekers.