Lange tijd was onduidelijk wat er na de oorlog met een van de wreedste nazi's is gebeurd. Een vergeten onderzoeksakte uit 1966 werpt licht op het lot van SS-Lagerführer Karl Fritsch, de beul van Auschwitz. Dat meldt het . Fritsch was degene die in de zomer van 1941 met het idee kwam om de pesticide Zyklon-B te gebruiken in de gaskamers van Auschwitz. Hij bouwde in korte tijd een reputatie op als kampbeul. 'Dit is geen sanatorium,' zo begroette hij nieuwe gevangenen. 'De enige uitgang is de schoorsteen van het crematorium'.
Zelfs zijn commandant Rudolf Höss had een hekel aan Fritzsch, omdat hij zo bruut was. Maar Höss was erg blij met Zyklon-B. Met het dodelijke snel werkende gas konden op grote schaal joden worden vermoord zonder de bloedbaden van de vuurpelotons. Fritsch werd uiteindelijk in februari 1942 overgeplaatst en later naar het front gestuurd, omdat hij zich zo misdroeg. Decennia lang wist niemand wat er sindsdien met hem is gebeurd. Nu is er een onderzoeksakte gevonden in het Bundesarchiv in Ludwigsburg. Een Berlijnse vrouw, Gertrud Berendes, verklaart daarin dat Fritzsch op 2 mei 1945 in een kelder in de Sächsische Strasse 42 in
Berlijn, waar ook Berendes woonde, zichzelf een kogel door het hoofd schoot. 'Zittend op een ijzeren bed'. Berendes' vader en een buurman zouden het lijk van Fritzsch hebben begraven in het Preussenpark.