De ontgroening van een studentenvereniging, iedereen weet dat het naar is, maar hoe naar precies, daar wordt over gezwegen. Het is ten strengste verboden om uit de school te klappen over wat eufemistisch de kennismakingstijd wordt genoemd. De Volkskrant heeft toch enkele mensen bereid gevonden erover te vertellen. Enkele van hun getuigenissen:
MisselijkMarthe van LANX (Amsterdamse studentenvereniging) over het afzien: "Ik was heel erg moe, omdat ik door het volle programma maar vier à vijf uur had kunnen slapen. We moesten weer de hele dag op de grond zitten in kleermakerszit. Het deed na een tijdje zoveel pijn dat ik misselijk werd. Ik dacht die dag een aantal keer: ik moet overgeven, zoveel pijn."
Claire van het Amsterdams studentencorps A.S.C.: "Er wordt gedaan alsof het geweld tijdens de laatste ontgroening uitzonderlijk was. Maar slaan en schoppen wordt binnen het Amsterdamsch Studenten Corps normaal gevonden. Bij de meisjes is de dispuutsontgroening vooral mentaal, maar de jongens krijgen om het minste of geringste tikken. Een jongen die ze bij een dispuut echt niet wilden hebben, werd voortdurend ‘gevlakt’, geslagen met de vlakke hand. Soms nodigen ze reünisten uit, oud-studenten, ‘septemberleden’. Die komen dan een avondje ‘feuten beuken’. Feuten onder de blauwe plekken staan lachend op de foto. Altijd lachend. Ze zeggen ook: ‘Feut, lachen!"
Haren in brandJorinde van D.S.C. (Delfts studentencorps): : "De ouderejaars liepen met kaarsen door de zaal en druppelden kaarsvet over ons heen. Eerst per ongeluk, maar hoe meer ze dronken, hoe opzettelijker het werd en hoe vaker het gebeurde. Door alcoholgebruik nam sadisme toe.
Het was een soort machtsspel van nare mensen. Ik kreeg druppels op mijn handen, hoofd en been. Op een gegeven moment moesten ook feuten die kaarsen vasthouden, als straf, zoemend en met hun shirt over het hoofd. Verderop in de zaal ging dat mis: bij een meisje vatte haar haren vlam. Volgens mij is ze niet echt gewond geraakt."
"Je moet vernederd worden om erbij te horen. Maar ik had onderschat wat die vernedering met mij zou doen."
Claire: "In de beslotenheid van de disputen is er van tegenwicht geen sprake – integendeel, iedereen jut elkaar op: ‘Wat een kutwijf, we moeten haar breken, wat een aansteller, ze moet gaan janken."
SchreeuwenMarthe: "Toen ik de sociëteit aan de Nieuwezijds Voorburgwal binnenkwam, moest ik mijn weekendtas achterlaten en met mijn handbagage verder kruipen. Ik kwam in een kamer waar het helemaal donker was. Er waren zo’n zes mannen en vrouwen die keihard naar me schreeuwden. De grond kleefde van het bier, kruipend moest ik een weg zoeken. Ze sloegen vlak naast mijn hoofd tegen de muren."
Uiteindelijk stopte Marthe met de ontgroening. Ze belde haar moeder en zei: "Mam, wat ik heb meegemaakt is te absurd voor woorden. Ik ga stoppen. Ik wil me niet associëren met mensen die dit gedrag vertonen. Mijn moeder zei: ik ben trots op je, dat je zelf deze keuze maakt."
Bron(nen): De Volkskrant