Het gaat veel over vastgelijmde klimaat-activisten. Maar zelden over de vraag hoe die gelijmde mensen worden losgemaakt van het schilderij/de muur/de talkshowtafel. NRC, de krant die de diepte zoekt, zocht het uit.
Er zijn uiteraard chemische middelen die helpen. Maar die kunnen de ondergrond beschadigen, dus dat is bij oeroude schilderijen niet zo'n goed idee. „Om dit soort lijm te verwijderen, kun je het voorzichtig ‘mechanisch verwijderen’ zoals met een mesje, of oplossen”, zegt Klaas Jan van den Berg. Hij is bijzonder hoogleraar materiële aspecten van schilderkunst egen NRC, en onderzoeker bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. „Het beste is om een oplosmiddel te gebruiken dat de te verwijderen laag oplost, maar zo min mogelijk effect heeft op de laag eronder. Bij kunstwerken is het cruciaal om zo snel mogelijk een restaurator erbij te halen, die ter plekke inschat wat er moet gebeuren.”
„Bij secondelijm kan je aceton gebruiken, maar een restaurator zal daar heel voorzichtig mee zijn”, zegt Van den Berg. Aceton, dat ook vaak in nagellakremover zit, kan verf beschadigen. „Aceton lost superlijm niet helemaal op, maar verweekt het. De lange moleculen gaan wat losser zitten, de cohesie in de laag vermindert, en de lijm is makkelijker los te trekken.”
Aceton wordt inderdaad soms gebruikt, vertelt een vertegenwoordiger van Letzte Generation. Deze Duitse actiegroep maakte zich in juli al eens vast aan de glasplaat voor een schilderij van Botticelli. „Maar meestal komt de politie met gewonere oliën, zoals zonnebloemolie. Met borstels, kleine houten stokjes en plastic handschoenen maken ze ons los.” Plantaardige oliën hebben hierbij hetzelfde effect als aceton: ze maken de lijmmoleculen wat losser. Boter helpt ook.
Volgens Extinction Rebellion, de actiegroep die regelmatig de wereld verbetert door mensen vast te plakken op onhandige plaatsen, helpt colo heel goed. „Vaak neemt de politie meteen al cola mee, als ze weten dat wij het zijn. Maar in minder positieve gevallen worden rebellen ook wel eens gewoon losgetrokken, al dan niet per ongeluk.”
Bron(nen): NRC