Zoutwinningsbedrijven in Nederland houden onvoldoende rekening met de risico's van hun activiteiten voor de omgeving. Daardoor is er kans op milieuschade en op zogenoemde sinkholes, diepe kuilen door plotselinge verzakkingen.
Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) concludeert in een rapport dat de zoutwinningsbedrijven AkzoNobel, Nedmag en Frisia zich nu vooral richten op het beheersen van de risico’s tijdens de winning en het reageren op incidenten. Naar de langere termijn wordt onvoldoende gekeken.
In Nederland wordt zout gewonnen door oplosmijnbouw. Daarbij wordt zoet water onder de grond gepompt waarin het zout wordt opgelost. Het pekelwater wordt vervolgend opgepompt, waarna het zout uit het water wordt gehaald. In de zoutholtes onder de grond blijft zeer zout water achter.
Instorten
Die zoutholtes kunnen in bijzondere situaties instorten, waardoor schade kan ontstaan aan gebouwen of infrastructuur. Ook kan het zoute water weglekken. Daarbij kan ook diesel vrijkomen, wat wordt gebruikt in de mijnbouw.
AkzoNobel staat onder verscherpt toezicht, omdat er veelvuldig lekkages voorkomen bij onder andere verouderde leidingen en putten. Zo wordt een zoutcaverne van AkzoNobel in Winschoten in de gaten gehouden, al is die volgens SodM niet per se onveilig. Boven een aantal andere cavernes in Twente is een vuilstort die risico loopt op sinkholes. De toezichthouder adviseert niet te wachten op de eerste tekenen van problemen, maar nu alvast plannen te maken.
Een woordvoerder van AkzoNobel zegt dat het bedrijf al op veel punten actie onderneemt en dat regelmatig wordt gesproken met SodM. ,,We hebben een periode met lekken achter de rug, maar daarvoor hebben we maatregelen genomen. De enige sinkhole ooit was in 1991 in Hengelo. Alle andere cavernes worden in de gaten gehouden. Als er iets wordt waargenomen hebben we nog 15 tot 20 jaar om in te grijpen, maar we gaan ze sowieso vullen."