Dafne Schippers is op haar plek gezet. De waarheid kwam keihard binnen tijdens haar race in de halve finales van de 200 meter op de Olympische Spelen. "Als je zo hard hebt gewerkt als ik hoop je op een gegeven moment dat je er wat voor terugkrijgt en dat is dus niet zo. Dat komt even heel hard binnen’’, zei de tweevoudig wereldkampioene zwaar geëmotioneerd na haar mislukte race. Ze eindigde als zesde in 23,03. Ter vergelijking, in 2015 veroverde ze de wereldtitel in 21,63.
Het lichaam van Schippers is door de vele jaren topsport tegen zijn grenzen aangelopen, met een kwetsbare rug als terugkerend probleem. De laatste anderhalf jaar kon ze niet optimaal trainen, moest ze vaak aanpassen en had ze soms zoveel pijn dat ze niet meer van de bank afkwam. "Er zijn wel moment geweest dat ik dacht, doei, bekijk het maar. Maar de vechter in mij kwam altijd weer naar boven."
Ze gaf toe ook de schijn te hebben opgehouden. "Die heb ik lang opgehouden voor mezelf, omdat ik ben blijven hopen dat het zou goed komen, dat alles weer op zijn plek zou vallen. Ik ben ook een toernooiloper. De bocht ging nog best lekker en bij het opkomen van het rechte stuk lag ik nog aardig in de race, maar op dat laatste stuk kan ik niet meer aanhaken bij die anderen. Die versnelling moet vast nog ergens zitten bij mij, want ik heb die toptijden gelopen, maar waar? Nu kost het zoveel energie dat ik het zuur inga. Dat is dus dat stuk trainingsinhoud dat ik de afgelopen anderhalf jaar heb gemist."
‘’Het is makkelijk alles vooruit te duwen en te denken het komt wel goed, maar de echte waarheid is dat het niet alleen maar goed komt. Ik ga me nu opladen voor de estafette, dat gaat me echt wel lukken. Ik voel ook dat ik snelheid heb. Maar na de Spelen ga ik lang en uitgebreid de tijd nemen om na te denken over hoe het verder moet en wat er anders moet, want ik kan niet blijven aanmodderen. Ik ben een harde werker, maar ik wil er wel iets voor terugkrijgen en ik ga ook alleen maar door als ik kan meestrijden met de wereldtop.’’