Gemiddeld genomen horen we 10 tot 200 leugens per dag. Door te luisteren naar eenvoudige aanwijzingen in het taalgebruik kun je die makkelijk herkennen. In een Ted Talk, legt de Amerikaanse communicatiewetenschapper Noah Zandan uit hoe een taalkundige tekstanalyse ons kan helpen om onwaarheden op te sporen. Verschillende studies hebben aangetoond dat verhalen die gebaseerd zijn op ingebeelde ervaringen kwalitatief verschillen van die gebaseerd zijn op echte ervaringen. Het verzinnen van een leugen vergt een inspanning en leidt tot ander patronen in het taalgebruik. Via de taalkundige tekstanalyse kun je 4 gemeenschappelijke patronen in de onbewuste
taal van van de leugen herkennen: weinig verwijzingen naar zichzelf, een negatieve taal, eenvoudige verklaringen en ingewikkelde formuleringen zijn allemaal kenmerken van een leugen. Zanden legt uit dat leugenaars minder over zichzelf en meer over anderen praten. Ze gebruiken soms de derde persoon om zich te distantiëren van hun leugen, omdat ze zich onbewust schuldig voelen. Om dezelfde reden hebben ze de neiging om meer negatieve uitlatingen te doen. Zo kan een leugenaar zeggen: 'Sorry, de batterij van die stomme telefoon was leeg. Ik haat dat ding'. Een leugen kun je ook herkennen als iemand een eenvoudig verhaal vertelt, omdat onze hersenen nu eenmaal moeite hebben om een complex vals verhaal te onthouden. Maar hoewel leugenaars hun verhaal eenvoudig houden, hebben ze wel de neiging om meer ingewikkelde zinnen te gebruiken en irrelevante maar feitelijk klinkende details aan het verhaal toe te voegen. Een duidelijk voorbeeld is Lance Armstrong die in 2005 het gebruik van doping ontkende. Hij beschreef een hypothetische situatie en richtte zich meer op een ander om zich te distantiëren van de leugen. Toen hij in 2013 het gebruik toegaf steeg het gebruik van persoonlijk voornaamwoorden met driekwart. Hij praatte toen ook meer over persoonlijke emoties en motieven.