Opa's en oma's denken het altijd direct te zien: de pasgeboren baby is sprekend hun eigen zoon of dochter. Maar of ze gelijk hebben, hangt vooral af van wat ze wíllen zien.
Zo zeggen moeders vaker dat hun kind sprekend op de vader lijkt dan op henzelf, blijkt uit een nieuwe studie. En daar is een grappige, evolutionaire verklaring voor. Voor moeders bestaat er namelijk geen enkele twijfel: het kind in de buik is hun kind, maar voor vaders ligt dat anders: de baby kan zomaar van de melkboer zijn.
Zij zoeken naar gelijkenissen ter bevestiging van hun vaderschap. Dit beïnvloedt hun betrokkenheid bij de opvoeding. Onderzoek wijst zelfs uit dat vaders die een sterke overeenkomst zien, meer tijd en aandacht besteden aan hun kind.
Wetenschappers ontdekten dat moeders hierop inspelen. In een onderzoek, waarbij zwangere vrouwen en hun partners werden geïnterviewd tijdens een echo, beweerden de meeste moeders dat hun ongeboren baby op de vader leek. Maar liefst 74 procent zag een duidelijke gelijkenis. Vaders daarentegen dachten net zo vaak dat het kindje op henzelf als op de moeder leek.
Bij ongetrouwde stellen was dit effect nog groter. In deze groep gaf 93 procent van de moeders aan dat hun baby als twee druppels water op de vader leek. Dit wijst erop dat er naast een biologische reden ook een sociale factor meespeelt: moeders willen de vader misschien extra betrekken, vooral als er geen officiële verbintenis is, omdat ze bang zijn dat de vader er anders misschien vandoor gaat.
Objectief is hun oordeel namelijk allerminst. Wanneer buitenstaanders baby’s moesten koppelen aan hun ouders, zagen ze juist vaker een gelijkenis met de moeder. Dat baby's meer op hun vader lijken is dus veel meer een idee dat goed van pas komt, dan dat het echt zo is.
Bron: Metro